Dorpsprofiel Grashoek

Grashoek is één van de jongere dorpen van Peel en Maas. Hoewel er al in de prehistorie (onder andere Houwenberg) en vervolgens in de late middeleeuwen sprake was van bewoning rond de leenhoven Groot- en Klein Maris, was er van een gemeenschap op de plek waar nu de kern Grashoek ligt, nog geen sprake.

Afbeelding

Pas rond het midden van de 19e eeuw stichtten de eerste boeren uit de omgeving eenvoudige boerderijtjes in het gebied tussen Beringe en Helenaveen, dat wil zeggen midden in de wildernis. Vervolgens ontgonnen ze er stukje bij beetje akkers die eerder veen, heide of bos waren. Ook werkten ze als turfsteker in het nabijgelegen Helenaveen.


Op het einde van de 19e eeuw lagen wat plukjes boerderijen in de buurtschappen Houwenberg, Vliegert, Grashoek, Maris, Spiesbergen, Belgenhoek en bij de Helenavaart. De kinderen gingen in deze jaren naar Helenaveen en Panningen naar school. Pas nadat er een school (1914) en parochie (1918) waren gesticht, kon men spreken van de dorpsgemeenschap Grashoek. Grashoek was dus oorspronkelijk één van de gehuchten van het nieuwe dorp. 1918 geldt als de officieuze stichtingsdatum van Grashoek. De ontwikkeling kwam daarna in een stroomversnelling.


Pastoor

Een belangrijke figuur in de beginjaren van Grashoek was pastoor Kengen. Hij pachtte 60 hectare grond en gaf deze weer uit aan ontginningsboeren. Een andere pionier was Hein Gielen, die in Grashoek boerderijtjes, een winkel en een café met zaal (ASIOD) bouwde. Gielen trok ook enkele bloembollentelers uit ‘Holland’ aan, die zich rond 1900 in Grashoek vestigden. De bekendste onder hen was Johannes (Jan) Spruijt, waar de latere Johan Spruijtstraat naar genoemd is. De bollenteelt werd in Grashoek echter géén succes.


Pluimveesector

Grashoek heeft na de oorlogsjaren een periode bekendgestaan om haar pluimveesector. Op het ogenblik liggen er veel tuinbouwbedrijven en varkenshouderijen. Daarnaast richten steeds meer bedrijven zich op de recreatieve markt zoals minicampings en een golfbaan. Het van oudsher sterk agrarische karakter van het dorp nam na 1970 versneld af. Een steeds groter deel van de inwoners is forens.

Beeld: PeelenMaasNet